Het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) heeft vaak te maken met een minder positief imago in vergelijking met het hoger beroepsonderwijs (hbo). In dit interview met Arjan Elbers, oprichter van Stichting Guruz, duiken we dieper in op de uitdagingen en oplossingen voor mbo-studenten en de perceptie van mbo in de samenleving.
Stichting GuruzArjan werd geïnspireerd door zijn ervaring als bedrijfsvertegenwoordiger in een adviesraad van een ROC. Hier hoorde hij telkens dat het mbo-onderwijs moeite had om bij te blijven met de snelle ontwikkelingen in het bedrijfsleven. Het idee omtrent Stichting Guruz is hierdoor ontstaan.
Stichting Guruz is een non-profit organisatie die zich richt op het verkleinen van het kennisgat tussen mbo-onderwijs en arbeidsmarkt. Dit doen ze door het maken van online gastcolleges van Nederlandse werkgevers. Ook sleutelen ze meteen aan een sterker mbo-imago. Dat doet Guruz door middel van ludieke campagnes en acties.
Het imago van het mboHet mbo is van onschatbare waarde voor de Nederlandse samenleving en economie. Toch kampt het mbo al jaren met een negatief imago. Het wordt gezien als een tweede keuze, een pad dat wordt bewandeld door degene die niet de academische capaciteiten of ambitie zouden hebben om hogerop te komen. Maar hoe is dit imago tot stand gekomen?
In de afgelopen decennia heeft de nadruk in Nederland sterk gelegen op de kenniseconomie. Politici en beleidsmakers hebben ons land gepositioneerd als een land van kennis en innovatie. Deze focus heeft onbedoeld bijgedragen aan een negatief beeld van praktische opleidingen. Door deze maatschappelijke perceptie worstelen mbo-studenten vaak met hun zelfbeeld.
Arjan benadrukt echter dat Guruz geen slachtofferrol wil aannemen. In plaats daarvan willen ze net laten zien hoe waardevol het mbo is. ‘Mbo zegt niet dat je alleen maar kapper of stukadoor kan worden. Sommige worden ondernemer, andere worden politicus. Het is veel meer dan alleen iets praktisch doen.’
De waarde van technische mbo-studentenDe technische arbeidsmarkt is al lange tijd krap. Voor elke werkzoekende elektromonteur zijn er bijvoorbeeld 137 openstaande vacatures. Deze schaarste maakt technische mbo’ers tot de nieuwe elite. Ze spelen namelijk een sleutelrol in de innovaties die nodig zijn voor een duurzame toekomst. Denk bijvoorbeeld aan het installeren van warmtepompen of zonnepanelen. ‘Technische bedrijven kunnen niet zonder deze mbo-studenten want zij zijn de kweekpoel voor alles wat er gebeurt in de energietransitie’, zegt Arjan.
Maar volgens Arjan kunnen we het tekort aan personeel in de techniek niet alleen oplossen met de nieuwe instroom vanuit het mbo. ‘Ik denk dat we naar een arbeidsmarkt van zij-instromers gaan. Alles wat we nodig hebben is er niet, ook de komende 10 jaar niet. Dus we moeten mensen gaan opleiden richting de sector die bij hun past.’
Het kennisgat tussen onderwijs en bedrijfsleven Om ervoor te zorgen dat technische mbo-studenten en zij-instromers goed zijn voorbereid op de arbeidsmarkt, zijn er echter investeringen nodig in het onderwijs. Het bedrijfsleven ontwikkelt zich namelijk razendsnel ten opzichte van het onderwijs. Dit veroorzaakt een kennisgat wat leidt tot uitdagingen voor zowel afgestudeerden als werkgevers, Het belemmert niet alleen de werkgelegenheid van jongeren, maar ook de groei en innovatiecapaciteit voor bedrijven.
Een van de belangrijkste oorzaken van het kennisgat is het gebruik van verouderde curricula in veel onderwijsinstellingen. Dit betekent dat studenten afstuderen met kennis en vaardigheden die niet volledig aansluiten bij de huidige eisen van de arbeidsmarkt. Arjan: ‘70% van alle mbo’ers stromen rechtstreeks uit naar de arbeidsmarkt. Dus we sturen ze nu altijd met 2-0 achterstand de markt op.’
Daarnaast is er ook een gebrek aan samenwerking en communicatie tussen beide partijen. Hierdoor worden behoeftes en verwachtingen van bedrijven niet altijd duidelijk overgebracht aan de onderwijsinstellingen, wat resulteert in een mismatch tussen vraag en aanbod.
De vraag is dus: Hoe creëren we afgestudeerden die direct inzetbaar zijn en beschikken over relevante, up-to-date vaardigheden? Volgens Arjan is het inzetten van hybride docenten al een grote stap in de goede richting. Vakspecialisten die naast hun werk ook nog lesgeven, hebben kennis van de laatste trends, technologieën en ontwikkelingen in hun sector. Ze kunnen de studenten dus voorzien van relevante informatie en praktijkvoorbeelden die direct aansluiten bij de huidige arbeidsmarkt.
Alleen zijn we op dit moment nog niet zo ver. Daarom wil Guruz door het opnemen van de online gastcolleges al werken aan het verkleinen van het kennisgat. Ze brengen letterlijk de bedrijven en onderwijsinstellingen samen door beeldmateriaal op te nemen bij verschillende bedrijven en dit te laten zien in de klas. Arjan benadrukt: ‘Soms heb je gewoon iemand nodig die het doet!’
Daar blijft het niet alleen bij. Stichting Guruz bestaat uit een netwerk van ongeveer 70 ambassadeurs uit verschillende sectoren die helpen met het versterken van het mbo-imago. Zo is ook Sander van Straten, keyaccount manager bij Technicum, trotse ambassadeur. Arjan: ‘Ze liken en delen onze content, zorgen voor connecties en geven ons een podium.’ Samen met dit grote netwerk kan Stichting Guruz laten zien hoe gaaf het mbo-onderwijs werkelijk is!
Leer deze doelgroep kennen!Twijfel je na dit artikel nog over het aannemen van mbo-studenten? Dan heeft Arjan een duidelijke boodschap voor jou. ‘Stop met twijfelen. Ga de samenwerking met het mbo opzoeken. Leer de doelgroep kennen want Gen Z die nu van het mbo afkomt, dat zijn niet Harry en Hans die 20 jaar geleden van school afkwamen.’
Één ding is duidelijk. Het is tijd om het mbo te waarderen voor wat het echt is: een cruciale pijler in onze maatschappij en economie.
Lees ook eens: Arbeidsmarktkansen voor mbo'ers